Onrecht

13: Onrecht

Suideras is inmiddels op vrije voeten. Hij organiseert in de late zomer van 1799 een laatste inval in de Achterhoek. Suideras begint zijn revolutie in Borculo en Winterswijk en verklaart bij aankomst dat er 10.000 Pruisische soldaten onderweg zijn naar de Achterhoek en dat de Bataafse Republiek omver gestoten zal worden! Oranjegezinde inwoners van Winterswijk verzamelen hun moed en voegen zich bij de stoet van Suideras die hun tocht vervolgen richting Bredevoort en Aalten. Het nieuws over de coupe verspreidt zich in hoog tempo: ook in Groenlo hebben Orangisten al van zich laten horen. Ook Judith van Dorth en broer Gerrit begeven zich richting Groenlo. Onderweg naar Groenlo passeert Judith een herberg waar een patriot na een ruzie met messteken om het leven is gebracht, waarop Judith roept: “Dat is er nog maar één, daar moeten er meer aan. De patriot heeft zijn verdiende straf ontvangen.”

De kleine stoet blijkt geen partij voor het Bataafse leger en binnen een paar uur is de coupe van Suideras alweer voorbij. Maar de actie van Suideras kent wel een slachtoffer: Judith van Dorth wordt een aantal dagen later gearresteerd op verdenking van betrokkenheid op moord. Zij wordt hieraan schuldig bevonden, waarop Judith “met den kogel wordt gestraft, dat de dood er na volgt.” Op vrijdag 22 november 1799 wordt Judith van Dorth in Winterswijk door een zeskoppig vuurpeloton gefusilleerd. De freule van Dorth is één van de twee vrouwen uit onze geschiedenis die ter dood wordt veroordeeld.